Quarter Horse
Soort:
warmbloed
Herkomst: Verenigde Staten
Quarter Horse
De Quarter Horse is het eerste echte Amerikaanse ras, maar
werd pas laat als zodanig erkend. Het behoort eigenlijk tot de
groep Western Horses. Het paard zou kunnen "vliegen zo lang
als het zijn adem in kan houden", en "draaien op een
dubbeltje".
Het Quarter Horse heeft zich in de loop van de tijd onderscheiden
als een taaie, snelle sprinter met een snelle start, maar bleek
ook een heel veelzijdig paard te zijn, die veel meer kon dan
alleen racen. Het paard is gebruikt als boeren-, trek-, cowboy-,
tuig- en rijpaard. Hij is in het Wilde Westen ingezet bij het
drijven van de kuddes koeien. Het paard heeft een zogenaamde cow
sense (aangeboren gevoel voor het cowboywerk) en is bovendien
heel goed wendbaar. Veel westernrijders prefereren het Quarter
Horse.
Lichaamsbouw
Er zijn
drie types Quarter Horses: het zware 'bulldog' type, het Engels
Volbloedtype en het populaire 'tussenproduct'. De bulldog heeft
enorme spierpartijen, een breedgebouwde achterhand en schouder en
een aanzienlijke romp. Het Engelse Volbloedtype is slanker
gespierd en mooi gestroomlijnd. Het tussenproduct is aanzienlijk
gespierd, met een korte rug en een ruime, diepe romp. Het Quarter
Horse heeft een kort en breed hoofd en een laag aangezette hals;
de oren zijn klein. De voor- en achterhand zijn krachtig en
gespierd.
De stokmaat van het Quarter Horses varieert van 1.52 tot 1.63 m.
Het ras komt voor alle kleuren, ook bont. Echter, het Quarter
Stamboek erkent geen bonte paarden. Deze moeten dan verhuizen
naar de "Paint", een stamboek dat speciaal opgericht is
voor bonte Quarters.
Het Quarter Horse is intelligent en heeft een goed temperament.
Quarter horses zijn er in verschillende kleuren, zoals sorrel,
chestnut, bay, dun, buckskin, palomino, gray en black. Alle effen
kleuren zijn toegestaan.
Geschiedenis
Het Quarter Horse werd ontwikkeld in de 17e eeuw, toen Britse
en Europese kolonisten hun paarden meenamen naar het nieuwe land
Amerika. De Iberische en oosterse paarden die in de 15e en 16e
eeuw meegenomen waren door de conquistadores, hadden in de
kolonies al een grote plaats ingenomen, in het wild en tam
gemaakt.
Vanwege het gevarieerde Noord-Amerikaanse klimaat, kan elk ras
wat er bestaat wel overleven. Vele kolonisten hadden hun intresse
voor paardenrennen uit geboorteland meegenomen, en lieten hun
paarden en pony's over de dorpstraten en paden tegen elkaar
racen. Deze races duurden ongeveer een kwart mijl, vandaan ook de
naam "Quarter Horse".
De paarden moesten aanvankelijk een aantal eigenschappen
ontwikkelen, maar in de loop der tijd begon men meer een type te
fokken (met de paarden van de kolonisten), die zo snel mogelijk
vanuit start een korte afstand konden sprinten. De beste paarden
die zo konden springen noemde men 'Quarter Pathers', en werden
speciaal voor de fok van dergelijke paarden. Later liet men deze
paarden op speciale korte renbanen sprinten.
De paarden werden bekend om hun cow sence; ze leken instinctief
te weten hoe ze vee moesten hoeden. Daarom begon men steeds meer
met de paarden veewerk te doen. Hoewel vroeger het paard veel
voor dergelijk werk werd gebruikt, wordt hij tegenwoordig meestal
voor de show gebruikt. Het echte veedrijven gebeurt al lang niet
meer.
Geschiedkundigen houden trouwens vol dat het paard afstamt van
Spaanse Paarden, Cayuses, Galloways, Hobbies, en ga zo maar door.
Je kunt in elk geval wel stellen dat het paard onder invloed
heeft gestaan van meerdere rassen.
En verder...
Het bijzondere voskleurige paard Copper Bottom is verwekt door
de beroemde Engels Volbloed Sir Archy. Hij werd geboren in 1828
en is gefokt door Edward Parker in Lancaster, Pennsylvania.
Copper Bottom werd tweeëndertig jaar. De Amerikaanse Generaal
Sam Houston nam hem mee naar Texas in 1839. Copper Bottom heeft
de Texaanse Quarter Horse sterk beïnvloed.
Invloeden